Na het uitbraakseizoen van blauwtong in 2023 heeft gemiddeld 20 procent van het rundvee in Nederland antistoffen ontwikkeld tegen BTV-3. Dit toont aan dat de infectiedruk in specifieke regio’s hoog is. Op schapenbedrijven waar blauwtong heerste, zijn bij gemiddeld 23 procent van de onderzochte schapen antistoffen aangetoond. Dit onderstreept de noodzaak tot vaccinatie om toekomstige uitbraken te voorkomen en de infectiedruk te verlagen.
Regionale verschillen in besmetting
De verspreiding van blauwtong is niet gelijkmatig door Nederland verlopen. Terwijl in het midden en noordwesten van Nederland meer dan 95 procent van de melkveebedrijven besmet is geweest, zijn in de zuidelijke regio’s slechts 10 procent van de bedrijven getroffen. Dit resulteert in aanzienlijke verschillen in het percentage dieren met antistoffen. In het westen heeft meer dan 40 procent van de dieren antistoffen ontwikkeld, terwijl in het zuiden slechts 1 tot 2 procent van de dieren besmet is geweest.
Impact op de melkproductie
De impact van de blauwtonguitbraak in 2023 was groot, vooral op melkveebedrijven. De sterfte op melkleverende bedrijven was 1,17 tot 1,93 keer hoger dan normaal. Dit komt door significante melkproductiedervingen en verhoogde sterfte onder het rundvee. De gevolgen waren het meest merkbaar in het midden van Nederland, waar de geschatte dierprevalentie op melkveebedrijven niet boven de 54 procent uitkwam.
Belang van vaccinatie
Vaccinatie is essentieel om toekomstige uitbraken van blauwtong te voorkomen. Volgens Royal GD zijn er momenteel drie vaccins beschikbaar voor dierenartsen om runderen te vaccineren tegen BTV-3. Het vaccineren van runderen is vooral cruciaal in zuidelijke en oostelijke regio’s, waar veehouders mogelijk minder bewust zijn van de risico’s en gevolgen van een uitbraak. Vaccinatie heeft in het verleden bewezen effectief te zijn om uitbraken te stoppen en de ziektelast te verminderen.
Aanbevelingen voor veehouders
Deskundigen adviseren veehouders in het zuiden en oosten van Nederland om hun runderen te vaccineren tegen blauwtong. Dit is niet alleen om de dieren te beschermen, maar ook om te voorkomen dat het virus zich verder verspreidt. Volgens René van den Brom, dierenarts en sectormanager kleine herkauwers, dienen juist runderen als reservoir voor BTV-3. Het vaccineren van deze dieren kan helpen om het virus uit Nederland te verbannen, zoals dat ook na de vaccinatiecampagne in 2008 is gelukt.
Conclusie
De blauwtonguitbraak van 2023 heeft een aanzienlijke impact gehad op zowel schapen als runderen in Nederland. Met een kwart van de schapen en runderen in kerngebieden die antistoffen hebben ontwikkeld, is het duidelijk dat de infectiedruk hoog is. Vaccinatie blijft de meest effectieve manier om toekomstige uitbraken te voorkomen en de gezondheid van het vee te waarborgen. Veehouders moeten zich bewust zijn van het belang van vaccinatie om de verspreiding van blauwtong in 2024 en daarna te voorkomen.
Bronnen
www.hetschaap.nl
www.gddiergezondheid.nl
veeteelt.nl